Impact van onderwijsondersteuning in kaart brengen (EDBI)

In opdracht van het departement Onderwijs & Vorming van de Vlaamse Overheid, ontwikkelden onderzoekers Prof. Dr. Elke Struyf, Prof. Dr. Karine Verschueren en Dr. Aster Van Mieghem een instrument om effectiviteit van onderwijsondersteuning in kaart te brengen (2022). Met dit instrument kan je (1) de onderwijsbegeleider versterken en de begeleiding optimaliseren (individueel en lokaal) én (2) de interne kwaliteitszorg van de begeleidingsinstantie verder uitbouwen (organisatieniveau en strategisch).

Om de effectiviteit van doelgerichte begeleidingsinterventies in kaart te brengen werd een conceptueel model ontwikkeld. Dit model brengt verschillende inzichten vanuit internationaal onderzoek samen en vertaalt dit naar de Vlaamse onderwijscontext.

Het model vormt de onderbouw voor het instrument, dat uit 3 bevragingsmodules bestaat. De bevraging meet het gepercipieerde effect van de begeleiding.

Module 1: effect van begeleiding

Dit deel van het instrument peilt via open en gesloten vragen naar verschillende evaluatieniveaus: tevredenheid, bruikbaarheid, leereffect, intentie tot gedragsverandering, toepassing in de praktijk, wijzigingen in de organisatie en effect op leerlingen. Enkel de kernvragen bij de eerste 4 evaluatieniveaus moeten standaard afgenomen worden (= 4 gesloten vragen). Verder zijn er in dit deel nog 25 optionele bijvragen.

Enkele voorbeelden: Mijn professionele houding is versterkt dankzij deze begeleiding (leereffect); Geef een voorbeeld van hoe je anders bent gaan werken als gevolg van de begeleiding (toepassing in de praktijk); Ik ben tevreden over de mogelijkheid tot eigen inbreng (tevredenheid).

Module 2: ondersteunende en belemmerende factoren

Via deze vragen worden een aantal contextfactoren in kaart gebracht. Via 9 gesloten vragen kunnen de leraren aangeven wat er belemmerend en ondersteunend werkt om het geleerde toe te passen in de praktijk.

Enkele voorbeelden: Er gebeurt momenteel (te) veel op mijn werk om wat ik geleerd heb uit te proberen in mijn praktijk; Ik kan bij mijn collega’s terecht wanneer ik problemen ondervind bij het toepassen van het geleerde in mijn praktijk.

Module 3: kenmerken van de begeleiding

Aan de hand van 29 gesloten vragen worden 10 kenmerken van begeleiding geanalyseerd: kwaliteit van de begeleider, focus op relevante inhoud, focus op toepassing in de praktijk, coherentie, evidence-informed, eigenaarschap, duur, collectieve participatie, inbedding in de dagelijkse werkomgeving, actief leren.

Enkele voorbeelden: De begeleiding sluit aan bij mijn dagelijkse praktijk (focus op relevante inhoud); Tijdens de begeleiding ben ik met mijn collega’s tot gedeelde inzichten gekomen (collectieve participatie); Er werden kritische vragen gesteld die me deden reflecteren (actief leren).

Het instrument kijkt breed naar de verschillende aspecten van begeleiding en is makkelijk af te nemen (ongeacht de begeleidingsactiviteit: éénmalige vorming tot meerjarig traject). Het kan bovendien flexibel en op maat ingezet worden. Als je enkel de 4 kernvragen afneemt, dan neemt het slechts 1 minuut in beslag. Bij een volledige afname van de 3 modules moet je een tiental minuten rekenen. Zoals elke instrument, biedt ook dit instrument slechts een partieel beeld van de begeleiding. Het is daarom belangrijk om ook andere informatiebronnen te koppelen aan de analyse.

De materialen:

  • De handleiding bij het instrument kan je hier downloaden.
  • Het instrument kan je hier downloaden.

Lees meer:

  • In het Tijdschrift voor Onderwijsrecht en Onderwijsbeleid (TORB, november – februari 22-23) kan je een uitgebreid artikel lezen over de ontwikkeling van het EDBI-model.
  • De twee onderzoeksrapporten in het kader van dit project kan je hier lezen.

Inspirerende schoolbezoeken in Brusselse scholen, deel 4

Verbinding houden met scholen en directies, is cruciaal om richting te kunnen geven aan het Onderwijscentrum Brussel. Daarom probeer ik regelmatig scholen te bezoeken en de directie te ontmoeten op zijn/haar werkplek.

Van elk bezoek zou ik een rijk en boeiend verslag kunnen schrijven, maar ik beperk me hier per school tot één element… (deel 4: Cardijn, GO!4cITy, Maria Assumpta).

Cardijn BuSO – Anderlecht

In het boek “De 10 principes van de intern begeleider” (Luc F. Greven, 2022) worden 10 sterke krachten naar voren geschoven, die heel nauw aansluiten bij wat wij in OCB belangrijk vinden (lees hier). Continuïteit, stabiliteit en verankering maken hier deel van uit.

GO!4cITy SO (Sint-Jans-Molenbeek)

Meer dan ooit (lerarentekort, leervertraging, mentaal welzijn) moet je als school de noden van je leerlingen willen zien en de kracht van je schoolteam kennen. Durven kiezen voor eenvoud, betekent dat je je leerlingen centraal plaatst en je werking hieromheen bouwt…

Basisschool Maria Assumpta (Neder-over-Heembeek)

Onderwijs gaat over leren en vereist dan ook een krachtig en verbindend leerklimaat. Dit betekent oa hoge en duidelijke verwachtingen, een gestructureerde leeromgeving, een volgehouden inspanning en de nodige steun.

Lees ook:

Een meester over meesterschap (leestip)

Jan Royackers, procesbegeleider en didactisch expert bij Schoolmakers, is voor het onderwijs in Brussel en Onderwijscentrum Brussel geen onbekende. Zo werkten we nauw samen bij de ontwikkeling van de tienerscholen in Brussel en de professionalisering van tienerleerkrachten.

In zijn boek “Meester in Lesgeven” (2023) biedt Jan ons houvast om meesterschap te ontwikkelen. Want meester zijn in lesgeven, is bewuste keuzes maken op het vlak van pedagogie, didactiek en vakinhoud. Die keuzes maak je vanuit wie je bent, vanuit iedere individuele leerling én vanuit onderbouwde inzichten.

In het eerste deel benadrukt hij het belang van wie je bent (als mens én als leerkracht). Zicht hebben op je persoonlijk referentiekader, maakt dat je zelfbewust voor de klas kan staan. Dit deel gaat over zelfeffectiviteit en collective teacher efficacy, over je eigen onderwijsvisie en je kijk naar leerlingen, over contexten en invloeden.

In de volgende stap worden basisinzichten van de pedagogie gebruikt om effectief te handelen in de concrete klaspraktijk. Centraal in dit deel staat de ontwikkeling van leerlingen. Hij zoomt hierbij in op executieve functies, problemen bij leren, motivatie en klasmanagement.

In het laatste deel gaat hij op zoek naar de didactische vertaling van dit alles: hoe je lesgeven vorm geven zodat zoveel mogelijk leerlingen, zoveel mogelijk leren. Elementen die hier aan bod komen zijn: de werking van het geheugen, fases in het leerproces, binnenklasdifferentiatie en de didactische cyclus. Dit laatste wordt heel uitgebreid behandeld met tal van concrete voorbeelden:

  • doelen en verwachtingen
  • voorkennis
  • nieuwe leerstof
  • samen inoefenen
  • zelfstandig werk
  • doelen bereikt

Het boek helpt je op weg om meesterschap te ontwikkelen met oog voor wetenschap, ervaring en praktijk.

Alle andere leestips op deze blog vind je hier.

Mark Williams over mindfulness op school: “That’s like going to the gym once and hoping you’ll get fit.”

Op maandag 08 mei 2023 krijgt Mark Williams, Emeritus Professor Klinische Psychologie aan de University of Oxford, een eredoctoraat uitgereikt aan de KU Leuven voor zijn belangrijk onderzoek over depressie.

De Britse professor is ook een autoriteit in het onderzoek naar mindfulness.

In het uitgebreid artikel van VRT nws “De hype mag stilaan overwaaien: wat zegt de wetenschap nu echt over mindfulness?” (5 mei 2023), wordt ingegaan op de bevindingen van Mark Williams met betrekking tot mindfulness. We krijgen in het artikel vooral én terecht een heel genuanceerd beeld. Ook de Vlaamse experten Filip Raes en Katleen Van der Gucht komen aan het woord.

Ook mindfulness in onderwijs wordt besproken in het artikel. Mark Williams werkte mee aan het grootschalige Myriad-onderzoek over mentale gezondheid bij jongeren en mindfulness op school. Ook hier zijn de resultaten genuanceerd en blijkt het vooral heel moeilijk om mindfulness in scholen te implementeren en jongeren er warm voor te maken. Mark Williams zegt over deze resultaten het volgende:

  • “Pupils only practised mindfulness once over the 10-week course. That’s like going to the gym once and hoping you’ll get fit.”
  • “They also show that the idea of mindfulness doesn’t help – it’s the practice that matters.”
  • “But why didn’t they practise? Many of them found it boring … Those students who did engage, did improve.”
  • “Those who had the most skilled teachers enjoyed the sessions and practised mindfulness more, and showed more benefit afterwards.
  • “So, what we are not saying is all mindfulness training has to stop. But schools do need to look and see how it’s being received in the school.”
  • “Students are often the best experts in what works for them in this area … do they get something from it? If so, you have something worth keeping.”

Meer over het Myriad-onderzoek kan je hier lezen.

De citaten in het Engels werden overgenomen uit deze artikels:

Lerarentekort en aantrekken van mensen uit de privésector (Raad VGC, 28 april 2023)

In de plenaire vergadering van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie van 28 april 2023, stelde raadslid Gilles Verstraeten (N-VA) een vraag over de implementatie van de voorstellen van Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts om mensen uit de privésector aan te trekken voor het onderwijs: (1) inzetten van gastleerkrachten en (2) inzetten van werknemers die overbodig zijn geworden in hun eigen bedrijf.

Enkele raadsleden verwoordden hun bezorgdheid ten aanzien van deze nieuwe voorstellen (oa het feit dat deze mensen geen ervaring hebben met lesgeven en nauwelijks of niet zijn opgeleid) en ze hielden een pleidooi voor andere pistes (oa inzetten op retentie, voorbereiden van scholieren op de instapproef, 38-urenweek,…).

Minister Gatz benadrukte dat de nieuwe voorstellen van minister Weyts nog niet zijn goedgekeurd en besprak daarna enkele aanvullende initiatieven vanuit de VGC: terugbetaling van het inschrijvingsgeld, uitbreiding lerarenbonus, infobeurs voor zij-instromers, werking OCB, overleg met de koepels, overleg met hogescholen, uitwisseling met Gent en Antwerpen,…

Je kan het volledige verslag hier downloaden.

Inspirerende schoolbezoeken in Brusselse scholen, deel 3

Verbinding houden met scholen en directies, is cruciaal om richting te kunnen geven aan het Onderwijscentrum Brussel. Daarom probeer ik regelmatig scholen te bezoeken en de directie te ontmoeten op zijn/haar werkplek.

Van elk bezoek zou ik een rijk en boeiend verslag kunnen schrijven, maar ik beperk me hier per school tot één element waarmee ik aan de slag wil gaan… (deel 3: Ket & Co, Kasteel Beiaard, De Iris).

Ket & Co – Sint-Jans-Molenbeek

“Op het niveau van leerlingen blijkt dat teamteaching (a) zorgt voor rijkere, kwaliteitsvollere leerervaringen, (b) kansen biedt voor leerlingen om gemakkelijker aansluiting te vinden bij minstens één leraar door de aanwezigheid van verschillende persoonlijkheden en leerkrachtstijlen, (c) ervoor zorgt dat leerlingen meer en sneller leren, (d) de leerresultaten van leerlingen ten goede komt (meestal is dit onderzocht m.b.t. lezen en rekenen, maar ook m.b.t. motoriek), (d) zorgt voor een verhoogde betrokkenheid en motivatie bij leerlingen en beter gedrag tijdens de lessen, (e) transfer, generalisatie en overgangen ondersteunt, (f) meer kansen biedt tot interactie met, en individuele begeleiding door, een leerkracht, (g) voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in betere ondersteuning resulteert, en (h) inclusie bevordert.” (Kris Van den Branden in Duurzaam Onderwijs).

Basisschool Kasteel Beiaard Neder-Over-Heembeek

Kwaliteitsvol onderwijs staat niet los van de lokale context en visie van de school. Het is daarom belangrijk om samen met de schoolgemeenschap (team, ouders, leerlingen, partners) een schooleigen visie te ontwikkelen en van daaruit te bouwen aan kwaliteitsvol onderwijs. Onderwijsbegeleiding moet op maat van deze visie werken.

Basisschool De Iris Ukkel

Outdoor learning is ook in Brussel belangrijk én mogelijk. Dit artikel van Edutopia (ENG) bespreekt vanuit recent onderzoek de positieve effecten van buiten-leren en beschrijft ook concrete mogelijkheden in een stedelijke omgeving.

Lees ook:

Wordt vervolgd…

Onderwijsactiviteiten sociaal en emotioneel leren (SEL)

Het Greater Good Science Center (University of California Berkeley) is een expertisecentrum dat menselijk welzijn bestudeert vanuit verschillende invalshoeken (psychologie, sociologie en neurowetenschappen). Het centrum vertaalt wetenschappelijke inzichten ook naar de praktijk met het oog op het creëren van een betere samenleving.

Het Greater Good Science Center ontwikkelde ook een onderwijsprogramma om de wetenschap over betekenisvol, sociaal en emotioneel leren en leven te implementeren in de onderwijspraktijk. Hun werking bestaat uit online opleidingen en leergemeenschappen (betalend), onderwijsartikels in hun online tijdschrift (bijvoorbeeld hier over mindfulness of hier over klasklimaat) en ze verzamelden en ontwikkelden tenslotte ook lessen en activiteiten rond deze thema’s:

  • Academic instruction
  • School relationships
  • Adult well-being
  • Student well-being

Een printscreen van de website…

Enkele activiteiten uit « student well-being »

Bij elke les vind je (1) praktische informatie, (2) beschrijving van het verloop van de les en (3) wetenschappelijke achtergronden. Via deze link kan je de les- en activiteitendatabank raadplegen.

Ook al is hun aanbod enkel in het Engels. Het is heel toegankelijk en kan zeker ter inspiratie gebruikt worden.

En tenslotte nog even doorlinken naar dit recent artikel (24 april 2023) in hun Greater Good Magazine: How Mindfulness Can Help Create Calmer Classrooms, a case study of #Mindfulness at school.

“How do we cope with all this craziness in this world? It’s about teaching students how to cope with things that they can’t control.”

Crockett teacher

Onderwijs aan jonge kinderen (leestip)

De VLOR reflecteerde de voorbije jaren met enkele onderwijsexperten en het werkveld over ‘de toekomst van het onderwijs aan jonge kinderen’ en dit leidde oa tot deze publicatie.

Het boek bespreekt belangrijke vraagstukken zoals de eigenheid van onderwijs aan jonge kinderen, transities, diversiteit, ouderparticipatie, kwaliteitszorg,… Heel wat thema’s zijn ook gelinkt aan de uitdagingen van grootstedelijk onderwijs.

De inleiding biedt een mooi overzicht van de uitdagingen en mogelijke pistes om te bouwen aan een toekomstgericht beleid voor het onderwijs aan jonge kinderen. Daarna komen in 9 hoofdstukken experten aan het woord die één of meerdere thema’s verder uitdiepen. Heel vaak komen volgende concepten terug: gevaar van schoolification, belang van educare, nood aan professionalisering, continuïteit, specificiteit van kleuteronderwijs, onderwijskwaliteit,…

Michel Vandenbroeck houdt een pleidooi voor educare, waarbij zorg en leren onlosmakelijk met elkaar verbonden worden (meer over Educare in Brussel kan je hier lezen op deze blog).

In ‘Onderwijs heeft een diversiteitsbril nodig’ bespreken Piet Van Avermaet en Jan De Mets enkele constructiefouten en uitdagingen in het kleuteronderwijs. Ze pleiten voor een meer kindgerichte benadering en stellen een aantal ‘vanzelfsprekendheden’ in vraag.

Paul Leseman en Pauline Slot kijken naar de transitie van het kleuteronderwijs naar het lager onderwijs met als belangrijke focus continuïteit van curriculum en pedagogiek.

Katrien Van Laere gaat verder in op educare en warme transities met als belangrijke pijlers pedagogische continuïteit, partnerschap met ouders en multidisciplinaire samenwerking.

Sanne Feryn benadrukt het belang van de kleutertijd voor de ontwikkeling van executieve functies (impulscontrole, werkgeheugen, cognitieve flexibiliteit).

In ‘Ondernemingszin: het nog te ontginnen goud’ gaan Bart Declercq en Ferre Laevers dieper in op de concepten zelfsturing en creativiteit, die de onderbouw vormen voor ondernemingszin. Ze vertalen deze concepten verder naar de concrete onderwijspraktijk.

Kris Van den Branden toont via de ervaring met de KOALA-toets aan dat centrale toetsen niet de kwaliteit van onderwijs verhogen. Maar het gezamenlijk opvolgen en vertalen van de resultaten van deze toetsen naar concrete acties in de klaspraktijk kunnen wel kwaliteitsbevorderend zijn.

In ‘Reflecterende professionals’ beschrijft Nima Sharmahd de meerwaarde van multidisciplinaire professionele leergemeenschappen op basis van goede praktijken uit Italië.

En in het laatste hoofdstuk (dat voor mij misschien het eerste hoofdstuk moest zijn), worden door Stefan Ramaekers een aantal fundamentele vragen gesteld over de opvoeding aan jonge kinderen. Hij stelt de huidige ‘dominante manier van denken en spreken over onderwijs’ in vraag en reikt elementen aan om opnieuw na te denken over het doel/visie op onderwijs en opvoeden. Dit sluit ook nauw aan bij mijn denkoefening in Onderwijskwaliteit (in Brussel).

Ik eindig met een citaat uit het laatste hoofdstuk:

Precies in het feit dat het kind ook vrij is, weerstand kan bieden, dit wil zeggen ons spreken over de wereld kan tegenspreken, toont zich iets anders, en iets dat pedagogisch gezien belangrijk is: onze afhankelijkheid van het kind.

Stefan Ramaekers

Meer leestips vind je hier.

Medische Yoga en gezonde levensstijl (podcast LifeMe)

Om yoga de juiste plaats te kunnen geven in ons leven en dat van onze kinderen, is het belangrijk om ons te laten inspireren vanuit ervaring én wetenschappelijke inzichten

In onderstaande LifeMe (*) podcastaflevering (april 2023), gaat Len De Nys in gesprek met Catherine Goedgezelschap (Master in de Kinesitherapie en Revalidatiewetenschappen, postgraduaat Manuele Therapie en sinds 2012 Hatha yoga docent, gespecialiseerd in Medische Yoga Therapie). Ze praten over de bewezen voordelen van Yoga en hoe Medische Yoga kan bijdragen aan een gezondere levensstijl.

Yoga is heel toegankelijk geworden… mensen hebben er deugd van om eens in hun lijf te kunnen zakken, hun lichaam te kunnen voelen in plaats van altijd dat wandelende en denkende hoofd te zijn.

Catherine Goedgezelschap

In deze podcast wordt yoga besproken vanuit wetenschappelijke inzichten en medische toepassingen, met oa voordelen van yoga, ademhaling en meditatie, de mythes over yoga, yogatherapie, yoga als levensstijl…

Luister hier:

In Pranayama op school en in de klas deelde ik al eens een podcast van LifeMe (*) over stress en ademhaling en in Meditatie op school en in de klas kan je een LifeMe podcast beluisteren met Steven Laureys over meditatie. Raadpleeg via deze leeswijzer alle berichten over yoga, meditatie en mindfulness op deze blog.

(*) LifeMe staat voor Lifestyle as Medicine of in het Nederlands Levensstijl als Medicijn. LifeMe wil op een wetenschappelijk verantwoorde manier levensstijl inzetten om chronische ziekten, gerelateerd aan ongezonde levensstijl, te voorkomen, te behandelen en –indien mogelijk– te doen keren. Indien genezing niet mogelijk is, wordt de focus gericht op symptoomcontrole en levenskwaliteit. LifeMe steunt op 7 pijlers: Voeding, Beweging, Omgeving, Stressbeheersing, Zingeving, Slaap en Sociale steun. Meer info op de website LifeMe.

Onderwijskwaliteit (in Brussel)?

De resultaten van PIRLS 2021 worden op 16 mei vrijgegeven en we zullen nog maar eens overspoeld worden met heel wat uitspraken en opinies over de dalende onderwijskwaliteit. Met dit bericht wil ik de kijk op onderwijskwaliteit verbreden…

In het publieke én politieke debat worden kwaliteitsvol onderwijs en onderwijskwaliteit vaak herleid tot cognitieve prestaties, dalende basiskennis, resultaten op internationale rankings, leer- en/of taalachterstanden, excelleren,…

Onderwijskwaliteit is gelukkig veel rijker en complexer en vertrekt steeds vanuit twee fundamentele vragen: (1) wat is het doel van ons onderwijs (waartoe dient het) en (2) vanuit welke maatschappijvisie (over de opvoeding van kinderen/jongeren) willen we invulling geven aan dat onderwijs. Deze twee fundamentele vragen moeten in Brussel gekoppeld worden aan de lokale grootstedelijke en meertalige context (met zijn mogelijkheden, kansen en uitdagingen) én de eigenheid van de leerlingenpopulatie (zie ook: De noden van kinderen en jongeren in de stad moeten het pedagogisch project van elke Brusselse school kleuren!).

Kwaliteitsvol onderwijs kunnen we dan definiëren als onderwijs dat met de lokale gemeenschap een schooleigen visie ontwikkelt met het oog op het behalen van de minimumdoelen. Een visie die werkt aan kwalificatie, socialisatie en subjectificatie op maat van alle leerlingen (Biesta, 2014), zodat ze een succesvolle leerloopbaan kunnen doorlopen en een gelukkig leven kunnen leiden. Deze definitie plaatst het doel van onderwijs centraal en creëert ruimte voor de ontwikkeling van een visie op leren in onze (lokale) samenleving.

(Vier jaar geleden deed ik in Onderwijs in Brussel is… KWALITEITSVOL onderwijs! dezelfde oproep.)

De mate waarin scholen erin slagen deze brede opdracht te realiseren, is de maatstaf voor onderwijskwaliteit.

Naast het opbrengstargument is er in onderwijs ook altijd een beschavingsargument. Het recht op een breed en veelzijdig curriculum met bijvoorbeeld ruimte voor kunst, cultuur en bewegen, ongeacht of het iets ‘opbrengt’ of niet, is een kwestie van beschaving in het denken over onderwijs.

Gert Biesta in Wereldgericht onderwijs, 2022

Dankzij Platform L (*) kan ik hier enkele meningen over onderwijskwaliteit delen. Ik heb er drie uitgekozen…

1. Inspecteur generaal van de Vlaamse Onderwijsinspectie, Lieven Viaene, benadrukt dat onderwijskwaliteit een complex concept is en dat we op zoek moeten gaan naar een gemeenschappelijke taal om over onderwijskwaliteit te spreken…

2. Maarten Pennickx, pedogogisch begeleider, beschrijft hoe brede onderwijskwaliteit in de praktijk zichtbaar wordt (met als motor passie, engagement en expertise).

3. Schooldirecteur Christos Pistolas kiest voor een brede benadering van onderwijskwaliteit en praat oa over de nood aan maatstaven om alles in kaart te brengen, belang van radicale innovatie, meertaligheid,…

Bekijk zeker ook de andere getuigenissen over onderwijskwaliteit op Platform L. Ze vormen een goede basis voor reflectie of discussie, die verder gaat dan wat is het publieke en politieke debat aan bod komt.

En dit citaat van Ludo Heylen wil ik ook nog even meegeven als prikkel…

Het belang van de kindertijd ligt in de kindertijd en niet bij de volwassene die eruit voortkomt als economisch product.

Ludo Heylen in De school van je leven, 2022

(*) Platform L is de expertisecel rond Leraarschap van de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen van de KUL. Vanuit de opgebouwde expertise worden kennis en inzichten gedeeld en het gesprek aangegaan met iedereen die interesse heeft in leraarschap.

%d bloggers liken dit: