Duurzame schoolontwikkeling is een boek over de dynamiek van High Performing Schools (HPS), Academica University of Applied Sciences. Het boek is tot stand gekomen vanuit het Nederlandse onderwijssysteem, maar – met wat aanpassingen – zeker ook toepasbaar en bruikbaar binnen de onderwijscontext in Vlaanderen en Brussel.
Ik start even met een citaat uit de inleiding over succesvolle onderwijssystemen: “Succesvolle systemen richten zich op interventies die het dichtst bij de leerlingen staan en werken van binnen naar buiten, beginnend met het klaslokaal, dan de school en uiteindelijk het afstemmen van systeemondersteuning op wat nodig is in het klaslokaal.” (McKinsey & Company) Of ook: kansrijke onderwijsverbeteringen “starten bij de individuele school, worden gedragen door leraren en schoolleiders en worden versterkt door samenwerking tussen scholen”.
De HPS-veranderaanpak beschrijft wat een effectieve school kenmerkt aan de hand van tien karakteristieken. Daarnaast benoemt zij acht hefbomen voor duurzame verandering, verschillende sleutelfiguren (waaronder de schoolleider en de intern begeleider/kwaliteitscoördinator) en een cyclische aanpak met de stappen analyse, verandering, implementatie, borging, feedback en doorontwikkeling.
Tien karakteristieken
- K1 Een heldere, normatieve en gedeelde visie, een gemeenschappelijk toekomstbeeld dat richting geeft.
- K2 Hoge standaarden en hoge verwachtingen van alle medewerkers en leerlingen, met focus op leren en ontwikkelen van leerlingen en een permanent streven naar effectief onderwijs.
- K3 Effectief (school)leiderschap, dat erin slaagt de prestaties van leerlingen en leraren te verbeteren door te inspireren, sturen en ondersteunen.
- K4 Een professioneel lerende organisatie, via de ontwikkeling van professionele leergemeenschappen.
- K5 Curriculum, instructies en toetsen zijn uitgelijnd met de (kern)doelen, met een goede inbedding van een kennisrijk curriculum.
- K6 Frequente controle op kwaliteit van het leren en lesgeven, via een schoolbrede kwaliteitsaanpak en monitoring.
- K7 Gerichte professionele ontwikkeling, gericht op vakinhoud, actief leren, samenhang met doelen, duurzaam, verankerd in de praktijk en collectief.
- K8 Ondersteunende leeromgeving en gedragscultuur, via schoolbrede, consistente gedragsaanpakken (‘warm-strenge’-benadering, warm-demander).
- K9 Een hoge mate van ouder- en maatschappelijke betrokkenheid, met focus op de positieve grondhouding van ouders en de doelgerichte inschakeling van het partnernetwerk.
- K10 Een academische cultuur die inspireert en motiveert tot voortdurende reflectie, met een onderzoekende, evidence-informed houding in het team gericht op continue onderwijsverbetering.
Acht hefbomen
De hefbomen maken het mogelijk om scholen in beweging te brengen door in te werken op de 10 karakteristieken en zo duurzame verbetering te realiseren. In deel 2 van het boek (p. 78 – 285) worden deze hefbomen uitgebreid uitgewerkt met krachtige, wetenschappelijk onderbouwde modellen. Ik beperk me hier tot een korte omschrijving van de hefbomen.
- HB1 Effectieve leiderschapsontwikkeling (impact op K3, K1, K4): Effectieve leiderschapsontwikkeling is noodzakelijk voor een duurzame schoolontwikkeling. Er moet hierbij aandacht gaan naar het ontwikkelen van persoonlijk leiderschap, collectieve efficacy en het realiseren van meetbare leiderschapsimpact op de leerresultaten.
- HB2 Werken vanuit een normatief visiekwadrant (impact op K1, K2, K10): Het visiekwadrant bestaat uit vier samenhangende pijlers: visie op leren, organiseren, professionaliteit en verankeren. De invulling van deze pijlers is evidence informed en breed gedragen binnen de organisatie.
- HB3 Herpositionering en herwaardering van het vak van de leraar (K1, K3, K4): Door de leraar centraal te plaatsen bij zowel het primaire proces (kennisontwikkeling van leerlingen) als bij de schoolontwikkeling, zet je de leraar mee aan het stuur van duurzame onderwijsverbetering.
- HB4 Garanties organiseren voor rechtvaardig en inclusief onderwijs (K1, K2, K3): Alle leerlingen moeten een succesvol onderwijstraject kunnen doorlopen, waarbij de leraar lesgeeft vanuit hoge verwachtingen en didactisch bekwaam is. Een warm-strenge schoolcultuur en goede monitoring zijn hierbij belangrijk.
- HB5 Democratiseren van besluitvormingsprocessen (K1, K3, K4): Leraren moeten een formele stem krijgen in de schoolbrede kwaliteitsaanpak van de school.
- HB6 Continue professionalisering (K7, K10, K4, K5): Zich permanent bekwamen via effectieve vormen van professionalisering op maat, is noodzakelijk voor een duurzame schoolontwikkeling (professionele leergemeenschap). De intern begeleider/ kwaliteitscoördinator speelt hierin een sturende en ondersteunende rol.
- HB7 Een hoge mate van keten- en ouderbetrokkenheid (K9, K8, K2): Een effectieve samenwerking tussen school, ouders en partners moet gebeuren vanuit een duidelijke afbakening van rollen en verantwoordelijkheden met de school die het kader bepaalt en de eindverantwoordelijkheid draagt.
- HB8 Bestuurlijke samenwerking (K1, K3, K8, K9): Het schoolbestuur moet in de eerste plaats de juiste randvoorwaarden creëren om duurzame schoolontwikkeling mogelijk te maken.
Het laatste deel van het boek brengt een aantal praktijkverhalen van scholen in Nederland die zich ontwikkelden tot High Performing Schools.
En nog even dit…
Prof. Dr. Orhan Agirdag beschrijft in een expertbijdrage (p. 49 – 56) “de meerwaarde van HPS voor diverse scholen”. Hij schuift drie kenmerken naar voren die bijzonder relevant zijn voor diverse scholen: hoge verwachtingen, een warm-strenge schoolcultuur en cultureel-responsieve ouderbetrokkenheid. Drie kenmerken die ook voor elke Brusselse school cruciaal zijn!
Een kanttekening…
De visie op leren (onder meer bij hefboom 2) wordt sterk benaderd vanuit één onderwijsvisie en discipline, namelijk de cognitieve psychologie. Andere wetenschappelijk onderbouwde invalshoeken krijgen minder aandacht. Ook het kenniscurriculum wordt voorgesteld als een soort ultieme oplossing, terwijl hier wel ruimte is voor meer nuance. Bij de ontwikkeling van de schoolvisie zal het belangrijk zijn om breder te kijken en verschillende onderwijsvisies en leertheorieën mee in overweging te nemen.
Een slotbeschouwing…
De inzichten in deze publicatie, gebaseerd op meer dan 20 jaar onderzoek, stemmen sterk overeen met de visie en aanpak van het Onderwijscentrum Brussel op het vlak van professionalisering en onderwijsontwikkeling. Het boek biedt heel wat inspiratie op het vlak van beleidskracht, leercultuur en duurzame professionalisering in functie van effectief onderwijs.
