Krachtig taalonderwijs voor kwetsbare jonge kinderen (onderzoek)

Naar aanleiding van de resultaten van de KOALA-screening enerzijds (lees hier meer over de resultaten in Brussel) en de extra middelen voor scholen met veel leerlingen met thuistaal niet Nederlands anderzijds, worden tips, adviezen en mogelijkheden aangereikt om te werken aan krachtig taalonderwijs voor de meeste kwetsbare kinderen.  Zo verspreidde de taalunie deze adviezen (Hoe kies je de juiste taalondersteuning voor je school?) en biedt Onderwijs Vlaanderen een overzicht van goede praktijken, leermaterialen en inspiratie. Ook via de pedagogische begeleidingsdiensten en andere onderwijspartners krijgen scholen inspiratie en houvast (bv. praktijkgids taalintegratietrajecten).  Kris Van den Branden schreef op zijn blog hierover ook dit stuk “Bezint eer ge besteedt: hoe gebruikt een school extra budget voor leerlingen met Nederlands niet thuistaal?”

Ik wil vandaag teruggrijpen naar de inzichten uit een onderzoek door UGent rond dit thema (De overgang naar de kleuterschool voor kinderen uit gezinnen in armoede, Peleman, Vandenbroeck en Van Avermaet, 2019). Dit onderzoek geeft richting om meer fundamenteel te werken aan krachtig taalonderwijs voor kwetsbare jonge kinderen.

De onderzoekers zien heel wat mogelijkheden om via de kleuterschool voor alle kinderen, en zeker ook de meest kwetsbare, het verschil te maken:

  • Meer kwalitatieve taalleerkansen creëren (leergesprekken voeren met rijk taalaanbod, voldoende productiekansen en gerichte feedback; talige interacties stimuleren tussen kinderen; kansen die kinderen zelf bieden optimaal benutten;…).
  • Talige interactie inzetten om te leren en niet alleen om te controleren (naast sturende, organiserende taal ruimte creëren voor leergesprekken; ‘resttijd’ gebruiken als nuttige leertijd;…).
  • Beschikbare kansen niet ongelijk verdelen (streven naar evenwicht tussen de verbaal sterke kinderen en de andere).
  • Meer gebruikmaken van de thuistaal van de kinderen (met de thuistaal de leerervaringen ondersteunen en verruimen; interacties waarderen, ook in de thuistaal;…).
  • Zorgen voor een kansenrijke groepsgrootte en voldoende rust in de klas (om de kwaliteit en kwantiteit van de talige interacties te versterken).
  • ‘Zorgtaken’ een volwaardige plaats en erkenning geven (waarbij zorg en leren op een geïntegreerde manier benaderd worden).

Om dit te realiseren moeten we inzetten op:

  • Competente professionals, die vanuit de inzichten van educare vorm geven aan hun onderwijspraktijk, die bewust en doelgericht bezig zijn met taal en meertaligheid en die zoeken naar ondersteuning om hun eigen vaardigheden aan te scherpen.
  • Competente kleuterscholen, die nadenken over hoe ze kinderen groeperen, hoe ze omgaan met leertijd en hoe ze samen professionaliseren en elkaar ondersteunen.
  • Competent samenwerken, om de vele transities die jonge kinderen meemaken zo vlot en warm mogelijk te laten verlopen (oa kinderopvang, kleuterschool, gezin, maar ook wissel van professionals, overgang van klas naar speelplaats of refter,…).
  • Competent bestuur/beleid, dat de integratie van zorg en leren (educare) structureel mogelijk maakt en systemen ontwikkelt op kindermaat, dat zorgt voor opleiding van professionals vanuit de hedendaagse kennis en inzichten en dat inzet op waardering.

Misschien kunnen we het discours over schoolrijpe kinderen ombuigen naar een verhaal over kindrijpe scholen: scholen die optimaal uitgerust zijn om elk kind maximale ontplooiingskansen te bieden.

Je kan het volledig onderzoek hier lezen.

Lees ook:

Gepubliceerd door Piet Vervaecke

Directeur Onderwijscentrum Brussel

Eén opmerking over 'Krachtig taalonderwijs voor kwetsbare jonge kinderen (onderzoek)'

Plaats een reactie